Drenthepad 2011

Lieve lezers,

Morgen vertrek ik voor een tocht van 400 km naar en door Drenthe. In twee dagen ga ik vanaf Ommen naar Ruinen lopen en daar pik ik het Drenthe pad op, dat 324 km lang is en weer in Ruinen uitkomt. Mijn planning is 100 km per week. Toch wel heel spannend, ik weet niet waar we gaan slapen, wie of wat we allemaal tegenkomen en of er genoeg eten is onderweg voor Frits. Vertrouwen hebben… tot nu ben ik op geen enkele camping geweigerd en de berm alleen al levert voldoende eten voor Frits op, als ik maar genoeg pauzes houd.

De afgelopen weken, sinds mijn laatste oefentocht naar het Junner Koeland op 10 juli, was ik niet meer bij Frits geweest omdat ik aan het muziek maken was in Tsechie. Dat was overigens een zeer geslaagde week waarin we met een gezellige groep mensen de barokopera Don Quichotte hebben uitgevoerd met dansers, koor en orkest. Ik zou geen Don Quichotte willen zeggen , maar Donkey Shot, want er was een geweldig leuke ezeldans in en een aria met de tekst: Mein Esel ist das beste Tier.  Harm vertelde dat Frits chagreinig was geweest, omdat ik zo lang niet kwam, hij kon zijn energie niet kwijt door alleen maar in de wei en de open stal te staan. Gelukkig kon hij wel stoeien met zijn maatjes, vanmiddag tijdens het inpakken zag ik hem energiek spelen met Hendrik. Ze stonden beiden op hun achterpoten en stoeiden samen met hun nekken en voorpoten, een mooi gezicht. Dat zal hij moeten missen de komende maand.

De laatste weken ben ik druk geweest met voorbereidingen. Via marktplaats heb ik een  goed nieuw tentje gekocht van 2 kg, want mijn oude had een poreus grondzeil, dus ik lag steeds op een laagje water. Tijdens de muziekcursus in Tsjechie heb ik nog in mijn oude tent geslapen, maar de tent is daar gebleven in een container. Via marktplaats heb ik ook een nieuw zelfopblaasbaar matje aangeschaft, want mijn oude matje moest ik steeds zelf opblazen. Het nieuwe matje is ook compacter en korter, want het is onzinnig een 2 meter lang matje mee te laten sjouwen als een matje van 1.70 m ook past. Ook voor Frits heb ik een tentje aangeschaft, want tijdens mijn tocht met hemelvaart werd Frits kliedernat door een onweersbui. Hij wordt daar humeurig van, ezels houden helemaal niet van regen en bepakking opladen op een natte ezel kan schuurplekken opleveren. Frits heeft nu een tarp, dat is een soort van afdaktentje, tijdens het uitproberen heeft hij het meteen geaccepteerd, maar dat kwam misschien eerder door de bak voer die ik onder het tentje had gezet. Gewicht van de tarp: 1,5 kg.

Gisteren heeft bovenbuurvrouw Annette geholpen om met haar auto al mijn campeerspullen in Ommen te krijgen. Vandaag ging ik er heen om in te pakken en alles gereed te maken voor de tocht. Helaas was er geen weegschaal, dus ik heb geen idee hoeveel gewicht Frits moet dragen, maar ik schat de tassen elk op 15 kg. Links en rechts moet even zwaar zijn, anders gaat het pakzadel scheef zitten. De leren riemen van het pakzadel heb ik ingevet en ik heb vilt om de neusbandjes van het halster genaaid, om wonden te voorkomen. Het vilt kocht ik vanochtend op de markt, er waren alleen felle kleuren, dus Frits heeft nu een knalroze neus, hopelijk wordt het vilt snel vuil en daardoor donkerder. Ik naaide ook een tussenstuk tussen de singels om de buikriemen, zodat die riemen niet richting zijn voor- en achterpoten gaan schuiven.

Nu is het al laat, ik ga slapen in mijn eigen bed, met de poezen Kareltje en Johannes op mijn voeteneind. Zij zullen de komende tijd verzorgd worden door de boven- en naaste buren.

Onderweg ga ik mijn web-log bijhouden op beschikbare computers, tot de volgende keer in Drenthe!  

2 augustus, Lieve lezers,

Op een mooie plek, in de ger, dat is een Mongoolse tent, op de camping van de Uelenspieghel typ ik dit bericht op een lap-top. Frits balkt op de achterrond, want hij ziet me nu niet. Gisteren ben ik hier aangekomen na een lange wandeldag.

Maar eerst het begin: ik vertrok zaterdag met bewolkt weer, maar het bleef beperkt tot een enkele miezerbui. Frits had wel door dat er iets ging gebeuren, want, hij stond vaak stil. Het eerste stuk tot voorbij molen de Star was bekende weg, daarna liep ik over de asfaltweg naar de camping bij wandelaar en campingboer Herman. Met hem heb ik met een groepje mensen wel eens prachtige wandelingen gemaakt. Het was een gezellige familiecamping met enkele families die hier al jaren komen. Frits mocht in de wei met twee geiten als gezelschap. Sávonds ging de hele camping onder een boerenschuur voetbal kijken, Ajax tegen Twente.

Zondag liep ik via landweggetjes naar Echten. Herman had gezegd dat ik een dijkje maar niet moest lopen, want de ezel zou niet tussen de bomen passen met zijn tassen. Ik was eigenwijs en liep het dijkje toch, want het zag er zo mooi uit. Op slechts 1 plek moest ik even een kleine afdaling maken en door het graanveld lopen.

De ezel is aardig de strijd met me aan het aangaan, vooral bij ieder paard en elke pony staat hij te teuten. Nu heb ik gemerkt dat als ik hem niet binnen twee minuten weer aan de gang heb, dat de strijd dan verloren is, dus ik maak vaak gebruik van achterpoten-aandrijving. Een touw spannen om de hele ezel heen over zijn achterbenen, en dan vanaf de voorkant trekken. Dat is voor mij heel zwaar, maar op die manier loopt ie meteen weer. Ik wil hem echt leren om gewoon langs paarden en pony;s te lopen, hij mag best wel even kijken en langzamer gaan, maar niet stoppen en staan te dromen.

De tweede camping was bij een biologische boer met koeien. Allemaal gezinnen met kinderen stonden hier. Heel mooi hoe de boer dat doet, hij betrekt de mensen bij het werk. Ik heb ook geholpen om de kalfjes naar een andere wei te brengen en om 10 uur sávonds de koeien op stal te zetten.

Zondag ging ik van Echten door een stil bos naar Ruinen. Daar begon voor mij het Drenthepad. Even wennen aan het lezen van tekst en kaart uit het boekje en de markeringen: ik liep twee keer een stukje fout. Onderweg was het een drukte met mensen: filerijden van fietsers op het Dwingelerveld. Ik heb een paar keer nee gezegd toen mensen vroegen om een foto te maken, ik had er helemaal genoeg van. Nog erger vind ik ongevraagd gefotografeerd of gefilmd te worden. Ik zal dat dus nooit meer doen als ik op vakantie ben in het buitenland en mooie tafereeltjes van onbekende mensen zie. Moe kwam ik bij de Uelenpieghel aan: een mooie plek waar cursussen worden gegeven. Op dit moment is een groep aan het dansen voor de universele vrede. Hier wonen ook een aantal mensen permanent, ieder op hun eigen manier, allemaal terug naar de basis in allerlei variaties, precies wat ik ook doe met de ezel. De leiding van de vredesdansers hebben geen vrede met het gebalk van Frits, Ze hebben erover geklaagd bij de campingbazin. Ik wilde hier eigenlijk twee nachten blijven, maar ik vertrek na het avondeten nog voor 5 km naar een camping bij een Nivonhuis. Wonderlijk genoeg balkt Frits veel meer dan ik van hem gewend ben, zodra ik uit zijn zicht verdwijn begint ie. Annette, die hier het centrum runt, heeft me uitgenodigd voor een vegetarische maaltijd, zij vind het heel jammer dat ik hier niet kan blijven.

Het plannen van de tocht, waar kan ik boodschappen doen, slapen vraagt nauwkeurige aandacht. Want het blijkt dat lang niet elk dorp een winkel heeft. Maar met vertrouwen gaat dat allemaal goed komen.

    

Beste lezers,

4 augustus. Na twee avontuurlijke dagen ben ik in Diever aangekomen. S’avonds na een heerlijke vegetarische maaltijd bij de Uilenspieghel vertrok ik om 8 uur vanaf de camping in het bos voor een afstand van 5 km. Het was prachtig om door het mooie Uffelte te lopen, nu heerlijk rustig. wat wonen de mensen hier mooi, met ruime fleurige tuinen. Het was een mooie wandeling door bos en over de hei, maar het duurde langer dan ik gepland had. Toen ik de markering niet meer kon lezen omdat het bijna helemaal donker was, besloot ik om de tent op te zetten. Het Hunehuis, waar ik zou overnachten, was vlakbij, maar ik wilde niet gaan dwalen en voor een ezel is in het donker lopen helemaal niet fijn. Ik belde wel even naar het Hunehuis waarom ik niet kwam. Mijn tent stond op een prachtig plekje, met een kudde schapen vlakbij en verder geen levende ziel in de buurt. Wild kamperen is eigenlijk prachtig, tocht genoot ik er niet zo van. Bang was ik niet, maar ik heb niet goed geslapen en merkte aan mijn ademhaling dat dit toch een spannende aangelegenheid was. Frits had nog een baal hooi en verder heel veel heerlijk riet en wilde grassen, hij stond de hele nacht te eten. De volgende ochtend was ik in een kwartier lopen bij het Hunehuis en dronk daar thee, Frits een teil water en nam een gevulde thermoskan thee mee voor onderweg.

Het was een rustige , maar lange tocht over de hei bij Holtinge. Deze hei is erg soortenrijk, want ik fotografeerde orchideen en grasklokjes. Frits eet die bijzondere soorten gelukkig niet. Het stuk tussen de heide en het volgende dorp, Diever, was heel stil landbouwgebied met landweggetjes. Ik kwam nauwelijks mensen tegen. Bij een boer vroeg ik om hooi, de mensen bleken er pas een week te wonen met hun koeien. Door het dorp Diever heen was een hele toer, het was druk met auto’s en mensen. De ”dorpsgek” wees me de weg naar de camping, maar verkeerd, dus ik moest weer teruglopen en het opnieuw aan iemand anders vragen. Het begon te regenen en Frits vond het niet meer leuk, met een tergend langzaam tempo, zo ongeveer voetje voor voetje, kwamen we op de camping aan. Ze hebben hier voorzieningen voor paarden, en zelf ook een stuk of 6 paarden, dus luxe!

Frits mocht in de paardenbak, maar het begon zo hard te regenen dat het opgezette tentje niet bleef staan in het mulle zand, dus hij regende kliedernat. Bij de receptie hadden ze al gezegd, dat hij ook bij de paarden op stal mocht, dus daar heeft hij de nacht doorgebracht. Vanwege de goede voorzieningen hier, besloot ik een dag rust te houden. Dat is heerlijk, al mijn natte spullen zijn nu opgedroogd en Frits kan uitrusten, hij krijgt de hele dag bezoek.

Morgen gaat mijn tocht verder naar Appelscha, dan via het Fochteloerveen naar Westerveld en dan richting Roden. 20 km per dag ga ik niet halen, ik plan nu tochten van ongeveer 15 km. Van de camping krijgt Frits straks krachtvoer, je kunt zien dat ie al is afgevallen. Dus niet te ambitieus zijn.

tot de volgende keer!

Hallo lezers

Pas op 8 januari in 2012 maak ik dit verhaal af. Dat heeft te maken met de weblog die er een half jaar uit lag wegens migratie. Sinds een paar weken doet de weblog het weer, maar alles is veranderd. Mijn zorgvuldig opgemaakte lay-out is kwijt, een flink aantal foto’s zijn weg en berichten liggen door elkaar. Maar goed, geen gemopper: hier volgt het laatste deel van mijn avonturen in Drenthe.

Het was steeds heel erg nat, op het laatst had ik echt genoeg van iedere dag natte voeten en een stinkende regenjas. Toch hebben we volgehouden.

Mijn laatste traject ging zo:

  • vrijdag 19 augustus van Schoonloo naar Laaghalen,
  • zaterdag 20, naar Terhorst
  • zondag 21, naar Ansen
  • maandag 22, naar Echten
  • dinsdag 23, naar Balkbrug
  • woensdag 24, van Balkbrug terug naar de Tussenweg in Ommen

Het was gokken in de buurt van Laaghalen, er ontbrak namelijk een bladzijde met campings in het Drenthepadboekje, dus ik kon van te voren niet bellen en moest er gewoon maar op de bonnefooi heenlopen. In Laaghalen, aan de overkant van de snelweg, pal tegen de weg aan was een camping, maar niet meer in bedrijf. De man die buiten aan het werk was, nodigde me uit er toch te kamperen. Dat vond ik prettig en heel aardig. Frits had er zo’n ruim grasveld dat hij er lekker bij ging liggen. Ezels alleen gaan niet snel liggen, want ze willen waakzaam blijven, maar omdat er geen drukte was om hem heen durfde hij dat wel aan. “s’ochtends vroeg waren de man en zijn vrouw al vroeg vertrokken, ik trof een briefje op de picknicktafel aan met de vraag of ik een tientje in het toilethok wilde neerleggen. Ik had echter geen tientje. Dus legde ik 20 euro neer met een briefje erbij met de vraag om me die 10 euro te veel, op mijn giro over te maken.

We hadden een goede wandeldag naar Terhorst; Beilen door bleek wel te doen en we konden daar ook even boodschappen doen in de supermarkt. Dat is altijd een leuke klus. Ik bind Frits aan een boom en ga dan de winkel in. Na het winkelen tref ik meestal een groepje mensen aan die Frits even gezelschap zijn gaan houden.

In Terhorst was een leuke boerencamping, Frits had een heel weiland en de buurvrouw een baal hooi. Toen ik nog midden tussen al mijn kampeerspullen bezig was alles een plekje te geven, kwam er ineens een echtpaar op me af, het waren de mensen van de camping van gisteren. Ze kwamen een tientje brengen. Op het briefje op de vorige camping had ik namelijk geschreven dat ik van plan was naar Terhorst te lopen. Ze waren me komen zoeken om het te veel betaalde geld te komen brengen.

In Ansen was ik op een mooie camping die tevens zorgboerderij was. Ze hadden er ook twee ezels. Frits vond de pony interessanter en communiceerde op zijn manier met hem. De ”zorg”mensen, die daar werkten hadden grote interesse voor Frits en voor mijn manier van reizen, ze wilden alles weten. Ik kwam er vrij laat aan en ging meteen sóchtend weer op pad. Hier overwoog ik nog even om een dagje rust te nemen. Omdat het nog maar drie dagen lopen was terug naar Ommen, besloot ik om toch door te gaan. Het weer was niet mooi genoeg om een dagje in een weiland te zitten lezen.

In Echten kampeerde ik weer bij de gezellige biologische boer met heerlijk boerenijs. Omdat het regende mocht Frits op stal naast de kalfjes.

En regen de dag erna, zoveel, en ook onweer! Frits wilde schuilen onder een dikke beuk in het bos, maar ik trok hem verder. Een halve minuut later kwam de eerste knal. Frits had dus gelijk en een scherpere intuitie voor onweer dan ik. We schuilden bijna een uur onder een tweede dikke beuk en liepen daarna verlept weer verder. Een vrouw in een auto in Zuidwolde draaide haar raampje open. Ze keek heel erg boos. Toen ik vroeg wat er aan de hand was zei ze dat ze dit zielig vond voor de ezel, dat hij met bagage moest sjouwen. Ze was het er niet mee eens. Ik antwoordde dat ezels heel sterk zijn. De volgende keer zou ik vragen of zo iemand vlees eet, dat vind ik nog veel en veel zieliger voor een dier. Harm belde me toen ik bij Zuidwolde liep: ”Wil je met de auto en de trailer? Want ik ben toch bezig ezels te vervoeren”. Het was een overweging, maar ik besloot toch door te lopen, het was nog maar 1,5 dag.

Omdat het de laatste nacht was, en het weer niet best, heb ik bij de Kruidenhoeve binnen geslapen. Frits mocht in het weilandje naast ezel Midas en de lama, die hem misschien wel bekend voorkwamen, want ik was hier nu voor de derde keer.

De laatste etappe, gek idee, weer bijna helemaal rond. Het ging nogal automatisch, na een maand lopen, had ik zo mijn ritme gevonden. Ineens was ik er, we werden verwelkomd door Harm, Jan en Arjan. Frits herkende de stal en zijn maatjes en ging meteen zijn gewone gang.

Ik ging met Harm naar de winkel om taart te halen en de ingredienten voor de beloofde kaasfondue. Heel aardig dat mijn beide buurvrouwen Annette en Joyce me kwamen ophalen. Nu konden mijn spullen in een modern soort ezel op 4 wielen. Ik miste Frits wel heel erg, die eerste dagen.

2. Nu in Schoonloo

Beste lezers, Ruim anderhalve week kwam ik geen computer tegen. Nu bij manege Knollegruun in Schoonloo mag ik even computeren op het kantoortje. Inmiddels heb ik heel veel etappes gelopen en het gaat super! Hier de feiten:

  • zaterdag 30 juli, Ommen- Nolde, 16 km;
  • zondag 31 juli, Echten, 16 km;
  • maandag 1 augustus Uffelte, 20 km;
  • dinsdag 2 augustus, Noltinge, 5 km;
  • woensdag 3 augustus, Diever, 2 nachten
  • vrijdag 5 augustus, Appelscha, 20 km;
  • zaterdag 6 augustus, Westerveld, 16 km;
  • zondag 7, Tynaarlo 18 km;
  • dinsdag 9, Eext, 17 km;
  • woensdag 10, Drouwen, 15 km;
  • vrijdag 12, Exloo, 18 km;
  • zaterdag 13, Emmen, 16 km;
  • zondag 14, Sleen, 10 km;
  • maandag 15, Gees, 12 km;
  • dinsdag 16, Eursinge, 22 km;
  • woensdag 17, Schoonloo 19 km.

Frits loopt dus geweldig, zelfs hele stukken los achter mij aan. Ik ben hem nu ook aan het leren los voor me uit te lopen, want dan hoef ik niet steeds om te kijken.

We hebben veel verschillende soorten slaapplekken gehad. Soms stond Frits naast me aan een stick, soms had ie een paardenbox en soms een wei. Hij is zijn tijdens deze reis ontwikkelde gewoonte om een keel op te zetten als ik uit zijn zicht verdwijn, nog niet kwijt. Het is eigenlijk heel aandoenlijk en ik probeer me maar niet schuldig te voelen over de herrie die hij veroorzaakt. Zijn hoeven houden zich goed, zijn vacht is glanzend en je kunt vooral aan zijn achterpoten zien dat hij spieren ontwikkelt. Ook de dikke grasbuik is verdwenen. Ik zelf heb ook stevigere kuiten gekregen van al die kilometers.

Aan de rand van het Fochteloerveen hadden we een prachtig uitzicht over een enorm weids landschap. De volgende dag gingen we dit veengebied oversteken. Ik zag en hoorde twee kraanvogels! Ze broeden daar en dat is ook de enige plek in Nederland. Van de boswachter van Natuurmonumenten kregen we speciaal toestemming om het veen over te steken via het fietspad. Dit gebied is officieel verboden voor paarden, voor ezels hebben ze natuurlijk geen regels. Maar de boswachter zei dat ik erdoor mocht en hij hielp me heel vriendelijk om Frits over een slangenrooster (een soort wildrooster, maar dan met de spijlen dichter tegen elkaar aan) te laten lopen. De dag eindigde in Westerveld, waar Frits een weitje had naast 3 schapen.

Hier besloot ik om het noordelijkste stuk van het Drenthepad af te snijden en door te steken naar het Drentse Aa gebied. Het noordelijke stuk leek me te druk met plaatsjes en grote wegen en te open gebied. Bovendien gaf mijn boekje klaphekjes en overstapjes in weilanden aan en geen campings, alleen een Golden Tulip hotel. Niet erg geschikt dus. Het was nu wel spannend, want ik moest gokken waar ik een camping kon vinden, omdat ik buiten de route om ging, die overigens heel prachtig was. Hier in Drenthe kun je dus drie tot vier uur door de bossen en velden lopen zonder iemand tegen te komen. In Vries ontmoette ik oom Cees en tante Conny uit Groningen, die een hele zoektocht moesten doen om mij te vinden. S’avonds kwam ik spontaan aanzetten bij een mini-camping in Tynaarlo. Jan Hendrik en Renate hadden twee paarden, drie kinderen en een Tibetaanse vluchtelinge als gast. Ze nodigde me uit om mee te eten, daar leerde ik het Tibetaanse woord voor ezel, wat ik inmiddels weer vergeten ben. Zij reageerde er heel enthousiast op, want voor haar was deze manier van reizen heel vertrouwd en een herinnering aan haar land. Frits heeft bij hen een nieuw reizigersstalletje ingeweid, want mijn komst opende voor hen het idee om in de folders aan te geven dat paarden welkom zijn op hun camping.

Na een dagje rust in Tynaarlo ging ik verder Oost-Drenthe in. Ik ervaarde dit als de meest ongezellige streek van mijn wandeltocht. In Valthe sliep ik binnen, alleen in een soort groepsherberg en Frits stond in een paardenbox met een ijzeren hek ervoor. Allebei wel droog, want het was petweer, maar absoluut niet sfeervol. Maar dit hoort ook bij zo’n reis: vrede hebben met alle plekken die ik kan vinden. Ik kon het journaal kijken, maar het weerbericht was niet hoopvol.

Vlakbij Drouwen in Bronnegerveen (voorheen nog nooit van gehoord!) hebben we twee dagen in de regen doorgebracht. Wel heel handig, dat ik een tarptentje heb voor Frits, want ik kan er ook onder zitten lezen bij slecht weer. Mijn benzinebrander begaf het, ik wordt niet snel chagrijnig, maar nu wel. Want ik dacht dat ik wel naar huis kon gaan als ik niet kan koken, geen thee kan zetten en geen warme kruik kan maken. Maar mensen op de camping leende me een waterkoker, gaven me zakjes soep en warme chocolademelk, zodat ik in ieder geval warm drinken had. Frits was boos, na 1,5 dag in een weiland aan de stick moeten staan, want dat vindt hij niet leuk. Op deze camping heeft Frits de stick losgetrokken en sjouwde hij met touw en stick over het prachtig gemaaide campinggras waar hij niet mocht komen. Ik kreeg Frits snel te pakken maar heb door dit voorval de stick laten liggen. Ik merk dat ik steeds op mijn spullen moet letten want anders laat ik overal wat liggen. En materiaalpech kan de tocht behoorlijk dwars gaan liggen, want ik heb echt alles wat ik bij me heb hard nodig. Harm en Jan hebben me in Sleen een nieuwe stick gebracht, voer voor Frits en pizza’s die we samen hebben opgegeten.

Na veel regen had ik genoeg van natte sokken en schoenen. Op de manege in Emmen konden we gelukkig ook allebei binnen slapen. Ik in een houten huisje, alleen bereikbaar via een enorme blubberzooi, en Frits in een paardenbox. Met een geleende fiets kon ik naar de Albert Hein om een maaltijdsalade te halen. Uiteindelijk heb ik maar 2 dagen niet kunnen koken. Het kapotte brandertje is nu bij Bea in Assen. Zij kwam zondag een gasbrandertje brengen en liep gezellig een stukje mee.

In Gees ben ik bewust vroeg gestopt want het was mooi weer! Eindelijk geen natte voeten meer! Gees is een prachtig dorp, de huizen hebben er versieringen van riet in traditionele stijl. Drenthe is geweldig mooi voor zo’n tocht. Ik heb inmiddels zeer veel heidevelden gezien, die nu allemaal bloeien. Om sommige heidevelden moet ik heen lopen vanwege de wildroosters waar Frits niet overheen kan. De drukte valt me nu mee, ik kan echt een hele dag lopen en maar 5 fietsers tegenkomen en een enkele wandelaar.

Gisteren liep collega Janine mee van Eursinge naar Elp, ook weer een schitterend traject. Vijf minuten nadat we uit het bos waren gekomen, kon ze een bus terug naar haar auto nemen. S’avonds at ik cantharellen, want die hadden we gevonden in het bos.

En nu heb ik een dagje rust op een manege. Hier is een ponykamp met allemaal paardenmeisjes, ze vinden Frits allemaal heel leuk dus die krijgt genoeg aandacht. Ze willen alles weten over ezels en hoe ik dat allemaal doe tijdens deze tocht. Dit is de week van het bezoek want vandaag kwam Stanny. Vertoeven op zo’n manege is erg praktisch, er zijn kruiwagens, poepscheppen, hooi en brokjes, alles wat ik nodig heb voor Frits zijn verzorging. Ik krijg nog zin om te gaan leren paardrijden, of op ezel Roza, die bij Harm staat, zij is net zo groot als een paard.

Morgen ga ik verder langs de herinneringsplaatsen van kamp Westerbork. Nog ongeveer 5 etappes en ik ben weer terug in Ommen. Het lopen op deze manier bevalt me heel goed, soms is alleen koken een beetje ongezellig, maar dat moet thuis ook. Ik heb veel leuke gesprekjes onder weg en iedereen is enthousiast en vindt het mooi wat ik doe, dat is bemoedigend. Het gaat heel ontspannen. Nu weer naar Frits, een plak hooi brengen en een halve kilo biksbrokjes. Als een ezel steeds in een wei staat, moet je hem geen krachtvoer geven, maar een ezel die zoveel loopt mag af en toe snoepen van krachtvoer, hij vindt het heerlijk. 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *